CRvB-formule voor berekening ontslagvergoeding ambtenaar

3 minuten mr. Jeroen Kaspers bestuursrecht voor ondernemers 11 september 2013 2025

Voor ontslagvergoedingen kijken we al jaar en dag naar de kantonrechtersformule. Voor ambtenaren was dit altijd al anders. Er is overigens wel overwogen om ook in het ambtenarenrecht de kantonrechtersformule te introduceren maar volgens de CRvB lag dit niet voor de hand omdat ambtelijke rechtspositieregelingen veelal een ruimere compensatie bieden bij loonderving dan voor reguliere werknemers het geval is (zie: CRvB 9 december 2004 TAR 2005, nr. 34.). Wanneer de kantonrechtersformule overigens wel was gebruikt was dit geen reden voor het CRvB om te vernietigen (zie: CRvB 10 mei 2007, LJN BA5881). De hoogte van de vergoeding wordt immers slechts marginaal getoetst.

CRvB-formule

Voor de berekening van een ontslagvergoeding van een ambtenaar heeft de Centrale Raad van Beroep sinds dit jaar een formule; de CRvB-formule. De CRvB-formule komt niet geheel uit de lucht vallen. In aanloop op de CRvB-formule verwijs ik naar: Rechtbank Amsterdam 22-06-2011, LJN BR0604 & Rechtbank ’s-Gravenhage 10-03-2011, LJN BQ5573.

De CRvB heeft op 28 februari 2013 twee belangrijke uitspraken gedaan rondom de financiële aanspraak na een ontslag. Door middel van deze CRvB-formule kan aan ambtenaren iets extra’s worden toegekend als de verhouding met de overheidswerkgever, vooral door het toedoen van de overheidswerkgever, onherstelbaar is verstoord en ontslag is gegeven. Er moet sprake zijn van een overwegend aandeel van het bestuursorgaan (de drempel) in de onhoudbare situatie die leidt tot ontslag. Voor de berekening van de hoogte van de vergoeding is de mate van het aandeel van het bestuursorgaan in de onhoudbare situatie van belang. Wanneer de overheidswerkgever een groot aandeel (51, 75 of 100%) heeft in de onhoudbare situatie acht de CRvB de ruime ambtelijke uitkering bij ontslag niet voldoende.

Voor berekening van de CRvB-formule zijn de volgende gegevens van belang:

het bruto maandsalaris op het moment van ontslag (inclusief vakantiegeld);
het aantal dienstjaren gedeeld door twee omdat de ambtenaar al recht heeft op een ruimere vergoeding bij ontslag;
het aandeel dat de werkgever had in het ontstaan van de onhoudbare situatie.

Voor de mate van het aandeel van de werkgever zijn er drie bandbreedten: 51-65%, 65-80% en 80-100%. Deze bandbreedten vertegenwoordigen een factor 0,5, 0,75 en 1. Dit alles leidt tot de volgende formule:

Bruto maandsalaris (inclusief vakantiegeld) x (aantal dienstjaren:2) x 0,5, 0,75 of 1 = ontslagvergoeding ambtenaren.

Met de komst van de CRvB-formule kijkt de rechter in hoeverre het ontstaan en voortbestaan van de verstoorde arbeidsverhouding te wijten is aan de overheidswerkgever? Indien de overheidswerkgever een ernstig verwijt te maken valt, kan deze niet volstaan met slechts de ‘minimale’ uitkeringsregeling en wordt tegenwoordig de CRvB-formule toegepast.

CRvB 28 februari 2013, LJN BZ2043 & CRvB 28 februari 2013, LJN BZ2044.